Europa? Dat zijn wij!
Terwijl ik met mijn fiets over de kasseien in Brussel hobbel, besef ik dat ik me door de jaren heen steeds meer Europeaan ben gaan voelen. Europa staat voor de green deal, voor véél besparing op energie door zuinige apparaten en natuurlijk voor reizen zonder paspoortcontrole, voor één munt in veel landen en voor telefoongebruik in de EU zonder gedoe. Deze verworvenheden komen alleen tot stand dankzij de lange adem van velen die hun weg weten te banen in de bureaucratische Brusselse brij. Hulde!
We zijn op studiereis met De Beuk en een aantal Europese professionals laat ons zien welke inhoudelijke focus en samenwerking hen succesvol maken. De Beuk heeft een jarenlange traditie om maatschappelijke organisaties te ondersteunen in de kunst van effectieve beïnvloedingsstrategieën. Die zijn zeer toepasbaar in het Europese samenspel met zijn complexe netwerken, waarin timing meer dan cruciaal is. Zonder dat soort strategieën werk je in Europa als een geblinddoekte dartspeler die pijltjes werpt.
Ik leer dat het Europees parlement en de Europese Commissie doordrongen zijn van Europees denken. In de Raad, waarin nationale ministers bijeen komen, ligt dat anders en wordt sterk vanuit de nationale belangen onderhandeld. Als ik een toverstokje had, dan zou ik de Raad van de EU een zetje richting de gedachte ‘Europa, dat zijn wij!’ geven, zodat de Europese eenwording versnelt. Ik zou meteen het Europees Parlement het recht van initiatief geven. Nu is de zeggenschap van het parlement beperkt tot het einde van het besluitvormingsproces en dat is mij niet democratisch genoeg.
Als ik dan toch met mijn toverstokje aan het zwaaien ben, dan breng ik die loeiende sirenes waarmee de politie in Brussel elke 5 minuten haar aanwezigheid laat horen, tot zwijgen.